Het fundament van ons geloof
Deel 1 van 3 van deze bijbelstudie

 

Bekering van dode werken en van geloof in God

Als we tot geloof komen, als we Jezus in ons hart hebben gevraagd, moeten we nog een heleboel leren. Gelukkig helpt de Heer ons, door Zijn Geest, om dàt te leren wat voor ons belangrijk is om te leren.
Het valt op, dat mensen die pas tot geloof gekomen zijn, zo enorm veel in de bijbel lezen. Dat is mooi, maar ook logisch, want alles wat we weten willen over ons geloof, kunnen we vinden in de bijbel. Het is het Woord van God.
Als je het Johannes evangelie gelezen hebt, zal het je vast wel opgevallen zijn, dat Jezus ‘het Woord’ genoemd wordt. Hij was het, Die sprak en het was er. Hij heeft alles gemaakt, de hele schepping.
Maar ook de bijbel is Zijn Woord. Wat de schrijvers van de bijbel hebben opgeschreven hebben ze van ‘het Woord’ ontvangen, door de Heilige Geest.
Alles, waarvan God wil, dat wij het weten, staat in de bijbel. Hele diepe dingen, of hoog, ‘t is maar net hoe je er tegenaan kijkt, maar ook de meest elementaire dingen. Paulus, een van de apostelen, noemt dat: het eerste onderwijs aangaande Christus, ook wel het fundament genoemd.

Jezus heeft zelf een mooi verhaal als voorbeeld gegeven over een fundament. Het staat o.a. in Mattheüs.


Mattheüs 7:24-27

24 Een ieder nu, die deze mijn woorden hoort en ze doet, zal gelijken op een verstandig man, die zijn huis bouwde op de rots. 25 En de regen viel neer en de stromen kwamen en de winden waaiden en stortten zich op dat huis, en het viel niet in, want het was op de rots gegrondvest. 26 En een ieder, die deze mijn woorden hoort en ze niet doet, zal gelijken op een dwaas man, die zijn huis bouwde op het zand. 27 En de regen viel neer en de stromen kwamen en de winden waaiden en sloegen tegen dat huis, en het viel in, en zijn val was groot.

Een duidelijk verhaal. Ons geloof moet een goed fundament hebben. Een rots is het beste uitgangspunt om een fundament op te bouwen. Er kan dan van alles gebeuren in ons leven, maar ons geloof zal vast staan op het fundament dat gebouwd is op de rots. Die Rots is Jezus. Hij is God. Er staan veel teksten in de bijbel die laten zien dat Jezus de Rots is, ik neem er een paar uit 2 Samuël.


2 Samuël 22:3,32 en 47

3 mijn God, de Rots, bij wie ik schuil, mijn schild, hoorn mijns heils, mijn burcht, mijn toevlucht, mijn verlosser; van geweld hebt Gij mij verlost.

32 Want wie is God behalve de Here, wie is een rots buiten onze God?

47 De Here leeft. Geprezen zij mijn Rots, en verhoogd zij de God mijns heils,

Als we ons dus gaan bezig houden met het fundament, dan moet dat fundament gebouwd zijn op Jezus, de Rots.

Waar bestaat dat fundament uit?
Paulus legt dat uit in de brief die hij aan de Hebreeën schreef. Het staat in hoofdstuk 6. Hij noemt het maar zijdelings, want hij wil het niet steeds hebben over het fundament. Het huis dat er op gebouwd wordt is natuurlijk interessanter. Maar toch, omdat er altijd eerst een fundament gelegd moet worden gaan wij het daar over hebben. De tekst die laat zien waar het fundament uit bestaat is de volgende:


Hebreeën 6:1-2

1 Laten wij daarom het eerste onderwijs aangaande Christus laten rusten en ons richten op het volkomene, zonder opnieuw het fundament te leggen van bekering van dode werken en van geloof in God, 2 van een leer van dopen en van oplegging der handen, van opstanding der doden en van een eeuwig oordeel;
Het fundament bestaat dus uit de volgende onderwerpen:

  1. Bekering van dode werken en van geloof in God
  2. Een leer van dopen en van oplegging der handen
  3. Van opstanding der doden en van een eeuwig oordeel

De goede en slechte werken

We zullen het nu hebben over het eerste deel van het fundament: bekering van dode werken en van geloof in God.
Wat zijn dat: werken?
We kunnen natuurlijk een woordenboek van de Nederlandse taal er bij pakken om daarin de betekenis van ‘werken’ te vinden, maar dat is niet de manier om bijbelse dingen te onderzoeken. Als we iets willen weten over een bijbels onderwerp, moeten we het antwoord zoeken in diezelfde bijbel. We moeten rustig alle teksten die het over ‘werken’ hebben opzoeken en dan God vragen om ons wijsheid te geven om die teksten er uit te halen die voor dit onderwerp van belang zijn.
Je kan dit zelf doen, een concordantie is daar een fantastisch hulpmiddel voor, maar voor nu heb ik al wat voorwerk gedaan. Ik gebruik daarvoor een computer programma met verschillende bijbelvertalingen, zowel Nederlandse als Engels/Amerikaanse. Met zo’n programma is het heel eenvoudig om alle teksten op een rijtje te krijgen die het bepaalde woord hebben dat we zoeken.
Al die teksten heb ik doorgenomen. Het viel mij op, dat er zoveel soorten werken zijn. Er zijn maar twee teksten die spreken over ‘dode werken’.
Alleen in het Nieuwe Testament staan al honderddrieendertig teksten die spreken over ‘werken’. Er zijn teksten die spreken over ‘goede werken’, andere spreken weer over ‘slechte werken’, of ‘werken der wet’, maar ook zijn er teksten die het hebben over ‘werken van God’. We moeten er maar eens een aantal lezen en proberen te begrijpen waar het over gaat.

De eerste tekst die we tegen komen staat in Mattheüs 5


Mattheüs 5:16

Laat zo uw licht schijnen voor de mensen, opdat zij uw goede werken zien en uw Vader, die in de hemelen is, verheerlijken.
Zo zijn er nog een aantal o.a.:

Efeziërs 2:10

Want zijn maaksel zijn wij, in Christus Jezus geschapen om goede werken te doen, die God tevoren bereid heeft, opdat wij daarin zouden wandelen.

1 Timotheüs 6:18

om wel te doen, rijk te zijn in goede werken, vrijgevig en mededeelzaam,

Maar er zijn ook werken die niet zo goed zijn, ook van deze teksten enkele voorbeelden:


Johannes 3:19-20

Dit is het oordeel, dat het licht in de wereld gekomen is en de mensen de duisternis liever gehad hebben dan het licht, want hun werken waren boos. Want een ieder, die kwaad bedrijft, haat het licht, en gaat niet tot het licht, opdat zijn werken niet aan de dag komen;


Kolossenzen 1:21

Ook u, die eertijds vervreemd en vijandig gezind waart blijkens uw boze werken, heeft Hij thans weder verzoend


Openbaring 9:20

En wie van de mensen overgebleven waren, die niet gedood waren door deze plagen, bekeerden zich toch niet van de werken hunner handen, om de boze geesten niet [meer] te aanbidden en de gouden, zilveren, koperen, stenen en houten afgoden, die niet kunnen zien, noch horen of gaan;

Zo zijn er nog veel meer teksten die het duidelijk maken dat er goede werken zijn en slechte. De werken die God goed vindt, zijn alleen maar mogelijk om te doen, als je je door Hem laat leiden. En dat is weer alleen maar mogelijk als je je bekeerd hebt, dat is als je tegen God gezegd heb met heel je hart: God ik ben een zondaar, wilt u mij vergeven. Je vraagt dan aan Jezus om in je hart te komen en dan zal Hij je leiden, ook in goede werken.
De werken die slecht zijn, worden gedaan door hen, die zich niet houden aan wat God wil en dan blijkt uit de bijbel, dat je dan automatisch de werken doet van Gods tegenstander, de duivel. Dit soort werken leidt tot de dood, de eeuwige dood, altijd van God gescheiden zijn.

Maar, zal je misschien zeggen, ik doe toch mijn best om goed te doen!
Dat is op zich prima. Het probleem is echter, dat je nog zo je best kunt doen om goed te doen, maar als je God niet erkent als de God in je leven, dan doe je het nooit goed. Wat Paulus eigenlijk bedoelt met dat je je bekeren moet van dode werken is, dat je het eeuwige leven niet kunt verdienen door goed te doen. Alles wat je zelf probeert te doen zijn in Gods ogen dode werken. De mens is van nature zover van God afgeraakt, dat niets wat wij doen ons weer met God kan verzoenen.
Daarom heeft God zijn Zoon Jezus in de wereld gebracht.


Johannes 3:16-17

"16 Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder, die in Hem gelooft, niet verloren ga, maar eeuwig leven hebbe. 17 Want God heeft zijn Zoon niet in de wereld gezonden, opdat Hij de wereld veroordele, maar opdat de wereld door Hem behouden worde."


Johannes 14:6

Jezus is de Weg naar God de Vader geworden.
6 Jezus zeide ...: Ik ben de weg en de waarheid en het leven; niemand komt tot de Vader dan door Mij.

Als we erkennen, dat al onze goede werken niet genoeg zijn om tot God te komen, erkennen we daarmee dat het eigenlijk dode werken zijn. Als we het daar niet meer van verwachten, maar ons geloof stellen op Jezus, dan wordt Jezus de Weg tot de Vader.
Dan gaan we de werken van God doen. En wat moeten wij dan doen? Die vraag komen we in de bijbel ook tegen. De mensen vroegen aan Jezus:

Johannes 6:28-29

28 ... Wat moeten wij doen, opdat wij de werken Gods mogen werken? 29 Jezus antwoordde en zeide tot hen: Dit is het werk Gods, dat gij gelooft in Hem, die Hij gezonden heeft.

In het kort komt het er dus op neer, dat we moeten erkennen, dat niets wat we doen -zolang we God nog niet in ons leven hebben geaccepteerd als Heer van ons leven- eeuwigheidswaarde heeft. God wil je hemelse Vader zijn, maar dat kan Hij alleen maar als je in Jezus gelooft. Keer je naar Hem toe en Hij zal in je leven komen en je helpen te leven naar Zijn wil. Vanaf dat moment ben je een kind van God en heb je het eeuwige leven. Dat betekent niet, dat je niet meer kan sterven in dit leven, maar dat je na dit leven een eeuwig leven hebt in het Koninkrijk van God. Een fantastisch leven is dat!

Petrus doet ook die oproep:

Handelingen 3:19

"Komt dan tot berouw en bekering, opdat uw zonden uitgedelgd worden, opdat er tijden van verademing mogen komen van het aangezicht des Heren,

In een andere brief zegt Petrus:

2 Petrus 3:9

"9 De Here talmt niet met de belofte, al zijn er, die aan talmen denken, maar Hij is lankmoedig jegens u, daar Hij niet wil, dat sommigen verloren gaan, doch dat allen tot bekering komen.."

Deze oproepen zijn niet alleen gericht aan mensen die zo hun best hebben gedaan goede werken te doen in dit leven, maar zeker ook aan hen die er zooitje van gemaakt hebben. Zelfs aan hen, die moedwillig slecht gedaan hebben.
Jezus heeft, toen Hij aan het kruis hing voor onze zonden, een moordenaar vergeving geschonken en hem beloofd dat hij na zijn sterven zou overgaan naar het paradijs.
Het is nooit te erg wat je gedaan hebt. Jezus heeft al je zonden op Zich genomen. Als je er berouw van hebt en Hem vergeving vraagt zal Hij je vergeving geven.
Maar het kan wel te laat zijn om vergeving te vragen! Je kan alleen maar vergeving vragen in dit leven. Doe het nu! God wil ook jouw Vader zijn.


Dode werken

Israël is voor God een bijzonder volk. Hij had en heeft daar zo zijn plannen mee.
Zij hebben van God een wet gekregen. De hoofdzaak daarvan zijn de Tien geboden.
Zij moesten ook offers brengen. Die offers wezen op het grote offer dat Jezus, aan het kruis, zou brengen. De mensen die berouw hadden van iets wat ze verkeerd gedaan hadden, gingen naar de priester en brachten een offer. Door hun berouw en dat (plaatsvervangende) offer werd de relatie tussen hen en God weer hersteld.

Nu staat er in de brief aan de Hebreeën een stukje, dat uitlegt hoe dat in verhouding staat met het offer van Jezus.


Hebreeën 9:11-14

11 Maar Christus, opgetreden als hogepriester .... is niet met het bloed van bokken en kalveren, maar met zijn eigen bloed eens voor altijd binnengegaan in het heiligdom, waardoor Hij een eeuwige verlossing verwierf. 13 Want als reeds het bloed van bokken en stieren en de besprenging met de as der vaars hen, die verontreinigd zijn, heiligt, zodat zij naar het vlees gereinigd worden, 14 hoeveel te meer zal het bloed van Christus, die door de eeuwige Geest Zichzelf als een smetteloos offer aan God gebracht heeft, ons bewustzijn reinigen van dode werken, om de levende God te dienen?

Jezus heeft niet het bloed van een dier in het hemelse heiligdom gebracht voor Gods troon, maar zijn eigen bloed. Hij heeft Zichzelf als offer aan God gebracht!
Als jij berouw hebt van je leven tot nu toe en aanvaardt dat dit offer voor jou is gebracht, dan kan je voortaan de levende God dienen.

Het bloed van Jezus reinigt je van alle zonden, ook van je dode werken.
Is het niet fantastisch wat Jezus gedaan heeft?!


Geloof in God

Romeinen 10:9-13

In de brief aan de Romeinen schrijft Paulus:
9 Want indien gij met uw mond belijdt, dat Jezus Heer is, en met uw hart gelooft, dat God Hem uit de doden heeft opgewekt, zult gij behouden worden; 10 want met het hart gelooft men tot gerechtigheid en met de mond belijdt men tot behoudenis. 11 Immers het schriftwoord zegt: Al wie op Hem zijn geloof bouwt, zal niet beschaamd uitkomen. 12 Want er is geen onderscheid tussen Jood en Griek. Immers, een en dezelfde is Heer over allen, rijk voor allen, die Hem aanroepen; 13 want: al wie de naam des Heren aanroept, zal behouden worden.

Als je tegen God zegt: Here God, mijn leven is niet zoals U het bedoeld heeft, wilt u mij vergeven? Dan zeg je dat omdat je gelooft dat God bestaat.
Je kan praten met God omdat je gelooft, dat Jezus voor jou gestorven is.
Door zulke dingen tegen God te zeggen bouw je je geloof op Hem. De bijbel belooft, dat je dan niet beschaamd zal uitkomen. Je zal behouden worden.

Het is goed om je geloof te delen met anderen, zoals de tekst hierboven ook laat zien. Maar je moet er ook naar gaan leven. De Here Jezus moedigt ons ook aan ons licht te laten schijnen en goede werken te doen.


Mattheüs 5:16

16 "Laat zo uw licht schijnen voor de mensen, opdat zij uw goede werken zien en uw Vader, die in de hemelen is, verheerlijken."
Iets verderop waarschuwt Jezus ons:

Mattheüs 6:1

"1 Ziet toe, dat gij uw gerechtigheid niet doet voor de mensen, om door hen opgemerkt te worden; want dan hebt gij geen loon bij uw Vader, die in de hemelen is."

Ook de apostel Paulus heeft zo zijn opmerkingen gemaakt over goede werken:


Efeziërs 2:10

"10 Want zijn maaksel zijn wij, in Christus Jezus geschapen om goede werken te doen, die God tevoren bereid heeft, opdat wij daarin zouden wandelen."

In de brief die hij aan Titus schreef legt hij heel mooi uit waarom we een groot verlangen (moeten) hebben om goed te doen. De NBG vertaling zegt: volijverig in goede werken.
We lezen nu uit Het Boek.


Titus 2:11-14

"11 De genade van God is bekend geworden, waardoor voor alle mensen eeuwige redding mogelijk werd. 12 En daardoor leren wij dat wij ons van ons slechte leven en onze zondige genoegens moeten afkeren om daarna van dag tot dag verstandig en goed te leven, met ontzag voor God.
13 Wij moeten vol verwachting uitkijken naar de tijd dat wij Zijn heerlijkheid zullen zien; de heerlijkheid van onze grote God en Redder, Jezus Christus. 14 Hij is voor onze zonden onder Gods oordeel gestorven om ons te redden. Hij behoedt ons ervoor dat wij telkens weer tot zonde vervallen. Daardoor heeft Hij ons gemaakt tot zijn eigen volk, dat zuiver van hart is en een groot verlangen heeft om goed te doen."

Zo blijven we dus werken. Voor onze bekering deden we ‘dode werken’. Na onze bekering doen we ‘goede werken’. We kunnen daar niet de eeuwigheid mee verdienen, maar we tonen door onze goede werken de liefde van God die door ons heen werkt.

In het tweede deel van het fundament gaan we in op de leer van dopen.